De gedachtegang van vandaag

Mijn gedachtes gaan veel kanten op. Ik probeer ze zoveel mogelijk op papier te zetten en met jullie te delen. In afwachting van jullie feedback...

09 november 2006

Personage mix

Mijn derde opdracht: Maak een mix van drie personen in je omgeving. Neem van de een de leefomstandigheden, van de ander het uiterlijk en van een derde de karakter eigenschappen. Ik zeg lekker niet wie... :-P


Buiten adem zoek ik steun bij het hek van een basisschool. Een zweetdruppel glijdt langzaam over mijn wang en kriebelt niet veel later in mijn nek. Mijn neus is koud, evenals mijn handen, die het hek stevig vasthouden. In de verte verschijnen twee koplampen vanuit de mist. Ik probeer te genieten van de frisse ochtendlucht maar mijn gedachten dwalen voortdurend af naar de gebeurtenissen van het afgelopen uur.

Het begon toen mijn moeder ontdekte dat de kaasschaaf weg was, ze schoot volledig uit haar slof. Wij, de kinderen, zouden het weer gedaan hebben. Ze tierde over dat we nooit helpen in het huishouden en zij altijd alles moet doen. Tot ze weer aankwam bij haar favoriete onderwerp: 'jullie vader'. Hij zou ons niet genoeg discipline bij brengen, zei ze.

Ik zat al in mijn sportkleding en stond net op het punt om te vertrekken. Ik had geen zin in al die onzin en ben meteen weggelopen toen ze over mijn vader begon. Tot grote irritatie van mijn moeder, natuurlijk.

Een voorbijrijdende auto verbreekt de stilte. Ik veeg het zweet van mijn voorhoofd en jog verder. De puntjes van mijn blonde haar prikken pestend in mijn ogen. Mijn haar is eigenlijk al veel te lang. Laatst lukte het me niet de ondertiteling van een film te lezen. Pas na een half uur kwam ik erachter dat mijn haar voor mijn ogen hing. Ik lach om de gedachte en besef dat ik mijn lachspieren een tijd ben vergeten te gebruiken.

08 november 2006

Jelle

Zoë loopt rustig door de supermarkt. Met een mandje in haar armen struint ze langs de potjes groente. Ze laat haar blik langs de sperzieboontjes en worteltjes glijden maar besluit toch maar weer een avond ongezond te eten. Elke dag neemt ze zich voor gezond te eten maar de aantrekkelijke diepvriespizza's en patat winnen het toch elke keer. Het is maar voor een tijdje, denkt ze. Als haar ouders weer terug zijn, staat elke avond een gezonde maaltijd voor haar klaar.

In haar mandje zit al het nodige proviand voor vanavond als haar vrienden langs komen; Een fles cola, sinas en 7up, een paar zakken chips en twee repen chocola. Drank regelt Hugo, die is bijna achttien en krijgt echt alles mee.

Als Zoë shampoo uitzoekt ziet ze in haar ooghoeken een vakkenvuller die de tampons in de schappen zet. De jongen reageert niet als een vrouw met een overvol karretje langsloopt en per ongeluk tegen hem aanstoot. Zijn handen trillen en hij zweet zo erg dat zijn gezicht ervan glimt.

'Heb je het warm?' Vraagt ze aan de jongen. Hij schrikt op en kijkt haar aan. Dan herkent Zoë hem. Het is Jelle, de grote loser van de basisschool. Hij heeft nog steeds die vreselijke flaporen en kijkt, zoals hij altijd al gedaan heeft, suf uit zijn ogen.

'Hé, Zoë.' Zegt hij en gaat verder met het vullen. Zoë rolt met haar ogen, hij heeft haar herkend.

'Hoe gaat het?' Mompelt Jelle en kijkt haar schichtig aan.

'Gaat wel, met jou?' Zoë kan zichzelf wel voor haar kop slaan, natuurlijk gaat het niet goed met hem, dat kan ze al van een afstand zien, maar ze heeft nu echt geen behoefte aan zielige jongetjes.

'Niet zo goed.' Hakkelt Jelle en doet alsof hij druk bezig is. Zoë voelt zich toch een beetje ongemakkelijk maar laat niets merken. Ze pakt een fles shampoo en loopt weg.

Als ze in de rij bij de kassa staat krijgt ze een onbehaaglijk gevoel. Herinneringen die ze ooit diep had weggestopt komen met vlagen van medelijden weer boven. Ze ziet de Jelle uit groep zeven weer op het schoolplein lopen. Met gebogen hoofd en hangende schouders schopt hij steentjes voor zich uit, gekleed in zijn altijd witte T-shirt en zijn veel te grote spijkerbroek. In al die tijd is hij niets veranderd; even onzeker en schuchter als hij altijd al was.

Zoë stapt uit de rij en loopt naar Jelle toe. Hij staat er nog, met dezelfde hangende schouders en afwezige blik.

'Wat gaat er dan niet zo goed?' Vraagt Zoë en Jelle draait zich verbaasd om.